Bedrijven geven minder geld uit aan het trainen van werknemers voor calamiteiten.
Er worden minder personeelsleden opgeleid en mensen die al zijn getraind tot bedrijfshulp-
verlener (BHV’er) krijgen minder vaak herhalingscursussen.
Grote opleidingscentra voor bedrijfshulpverlening spreken van een daling in het aantal cursussen van enkele procenten. Exacte cijfers ontbreken, omdat er geen centrale organisatie is die de cijfers bijhoudt.
'Minder nieuwe aanwas'
Elke werkgever is verplicht minstens één werknemer in dienst te hebben die getraind is als bedrijfshulpverlener. Die moeten beginnende branden kunnen blussen, kunnen ontruimen en eerste hulp geven aan mensen na een ongeluk. In kleine bedrijven mag de werkgever zelf de BHV’er zijn. De NIBHV schat dat er zo'n 500.000 tot 600.000 mensen tot BHV’er zijn opgeleid.
Met nieuwe aanwas is het nog steeds slecht gesteld, Vroeger zeiden bedrijven: 'We hebben tien BHV’ers nodig, maar we laten er twaalf opleiden, want dan hebben we er een paar extra.'
Nu doen bedrijven vaak het minimale."
Opfriscursus
De opleidingscentra adviseren om werknemers jaarlijks een opfriscursus te laten volgen, maar steeds meer bedrijven stellen herhalingscursussen uit, constateert de branche.
Dat moeten we niet willen, want je wilt toch dat jij en je collega's goed geholpen worden door de BHV’er.”
NIBHV
Ten aanzien van de herhalingen is het beleid van het NIBHV ongewijzgd.
De uitgangspunten van het NIBHV over opleiden en oefenen blijven overeind staan.